De trouwe luisteraar van de poscast “Zoek mee naar de Oude Wereld” is inmiddels gewend aan het fenomeen “windglap”. En waarom hebben we in de podcast hierover? In onze zoektocht naar de Romeinse resten van de Oude Wereld moeten we ons laten leiden door de laatste persoon die deze resten zelf heeft gezien én er over heeft geschreven. Dat was Hendrik van Dam, kroniekschrijver en dichter uit Middelharnis. Hij schrijft in 1682 over zijn bezoek aan de vindplaats enkele jaren eerder samen met zijn zoon. Om te beschrijven waar hij was, begint hij dit fragment van zijn Korte beschrijvinge … hij met “het Santgors zijnde slechte Haaymeeten is door dien de Duynen aan de Noortzijde tegens de Zee meest zijn wechgespoeldt bij ’t Wintglap op twee plaatsen geinundeert.“
De toponiem Santgors is nog steeds bekend en ligt in de noordelijke duinenrij van het eiland. Om mythische vindplaats De Oude Wereld precies te lokaliseren is het van belang om ook ’t windglap te vinden. Maar daarvoor moeten we het woord wel begrijpen. In de Podcast Deel 2 hebben we aan de luisteraars gevraagd hierover mee te denken. Dat hebben we geweten!
Een groot aantal ideeën en verklaringen is ons aangeboden. DOW-host Jan Breimer heeft deze verzameld en presenteert ze in de nieuwste editie van de de podcast Zoek mee naar de Oude Wereld.
Bereid je voor op glap, glop en slop. Dat lijkt een vreemd onderdeel van onze zoektocht. Toch is de uitkomst niet onbevredigend. Luister zelf maar Podcast Deel 3 (vanaf 25.43 minuut).
